Nu begint het pas

19 June

Elite & High Potentials

Posted by:

Ilse Pol zet nieuwe stap bij Team Distance Runners

Datum Interview: najaar 2011

Auteur: Alwin Groen

Je zou haar een gelauwerd atlete kunnen noemen. Hoewel het aantal jaren dat ze met hardlopen bezig is anders doet vermoeden, bezit Ilse Pol een omvangrijke palmares. Zes NK-medailles, drie nationale titels, deelname aan de Europacup Landenteams en persoonlijk records van 32.34.46 (10.000 meter) en 15.53.04 (5000m); het is  de tussenstand na zeven jaar investeren. Zeven jaar waarin ze veel gezien heeft en veel heeft meegemaakt. Toch ging er voor Pol een kleine wereld open bij Team Distance Runners, het loopteam waar ze zich vorig  jaar aansloot. “Aan alle aspecten wordt hier gewerkt, er wordt echt naar de details gekeken. Ik heb gemerkt dat ik me nog op heel veel punten kan verbeteren.” 



Recreant

De carrière van Pol start in het najaar van 2005. Als recreant loopt ze haar eerste kilometers met de plaatselijke hardloopgroep van Twello. Het was genieten voor Pol, die de sport destijds als hobby beoefende. “Ik ben altijd al sportief geweest,” vertelt ze. “Sport is een geweldig uitlaatklep voor me. Destijds zocht ik iets waar ik mijn energie in kwijt kon. Lopen bleek er perfect voor, ik beleefde er zoveel plezier aan.” De eerste weken loopt ze haar rondjes om de plaatselijke recreatieplas, maar al snel volt een wedstrijd. Een halve marathon gaat vrijwel ongetraind in 1.23. Het is een eerste signaal dat Pol talent heeft voor de loopsport. “Toch deed ik het puur voor het plezier. Met tijden was ik helemaal niet bezig.”

De aard van Pol als fanatiek loopster uit zich echter al snel. In april 2006 gaat de atlete met haar loopgroep naar Barcelona, waar de marathon op het programma staat. Voor Pol staat deelname op de halve afstand gepland, gezien haar korte trainingservaring. Opgejut door haar trainingsgenoten besluit de Twellose die dag om de hele afstand te lopen. “De marathon, die kan ik wel aan,” zei ik. “En dus deed ik het ook.” Na 3 uur en 22 minuten bereikte ze de finish. Het typeert het karakter van de atlete: onbevangen, zoekend naar de grenzen. “Dat harde werken had ik voor het lopen al,” reageert ze. “Vroeger viel ik wel eens flauw, zoveel deed ik. Studie, werken, sport. En dan ook nog elke week uitgaan. Ik vond alles leuk.” 

Professioneel atlete

Het leven als professioneel atlete is er ‘langzaam ingeslopen’, zoals ze het zelf vertelt. Onder leiding van Titus Mulder gaat Pol vanaf 2006 ieder jaar meer trainen. Haar tijden gaan zienderogen vooruit. Het resulteert in 2007 in twee medailles op nationale kampioenschappen, in 2008 volgt de eerste nationale titel. Ook in 2009 is ze de snelste van het land. Met de nationale titels op zak hikt Pol tegen de Europese top aan. In 2010 besluit ze een poging te wagen om zich te kwalificeren voor het Europees Kampioenschap op de 10.000m. Na een trainingsstage in het Mexicaanse San Luis Potosi, noteert Pol in de Verenigde Staten een tijd van 32.34.46. Niet voldoende voor kwalificatie, maar desondanks de negende tijd allertijden in Nederland. Het is de voorlopige sterkste prestatie in de prille, maar omvangrijke carrière van de atlete.


Hoewel Pol haar sport op een compleet ander niveau beoefent dan vijf jaar geleden, is het plezier dat ze aan het lopen beleeft onveranderd. “Van elke training geniet ik zo onwijs. Er is eigenlijk bijna nooit een training waar ik geen plezier in heb.” Het is een houding die zich uit in alles wat ze doet. De manier waarop ze haar werk uitoefent, de wijze waarop ze in het leven staat en ook de houding waarmee ze haar wedstrijden benadert. “Ik ben nooit zo zenuwachtig voor een wedstrijd.  Ik zeg gewoon tegen mezelf: “Lekker lopen, meer dan je best kun je toch niet doen.” Die onbevangenheid van het begin is er nog steeds, net als de gretigheid om te presteren. Ik hou ervan om grenzen te verleggen, wil er alles uithalen.” Voor Pol blijft het niet bij plezier alleen. Vanuit het plezier zet ze zichzelf aan tot presteren. En daarbij streeft ze hoge doelen na, internationale kampioenschappen vooropgaand. “Ik wil grote toernooien halen, mezelf hoge doelen stellen. EK’s, WK’s. En ik kijk met een schuin oog naar de Spelen. Ik ben ervan overtuigd dat het een vereiste is om hoge ambities te hebben. Zet je nergens op in, dan haal je sowieso niets. Doelen motiveren mij enorm. Met een specifiek doel voor ogen kan ik heel diep gaan.”

Van Twello naar Castricum

Om haar ambities te verwezenlijken nam Pol vorig jaar een grote stap. Ze verruilde haar woonplaats Twello gedeeltelijk voor het Noord-Hollandse Castricum. Daar sloot ze zich aan bij het Team Distance Runners (TDR), een hardloopteam waar ze atleten met soortgelijke motivatie enambities vond. Het was een weloverwogen keuze na een lastige periode onder leiding van haar voormalig trainer en ontdekker Titus Mulder.

De overgang van het ene naar het andere dorp is haar goed bevallen. Pol verblijft momenteel drie dagen in de week in Castricum, de overige dagen is ze in Twello of bij haar vriend in Utrecht. “Het is hier ook zo mooi,” beschrijft ze Castricum. “Ik vind het altijd prachtig als ik hier de zeemeeuwen hoor. Iedere woensdag ga ik even naar de zee. Het lijkt elke keer of ik op trainingskamp ben.” In dat andere dorp –Twello - ligt haar basis. In het kleine plaatsje in het ‘Verre Oosten’ heeft ze veel contacten opgebouwd. “Iedereen kent me er. Het is heel grappig. In de supermarkt word ik altijd wel aangesproken. Het is een heel fijn dorp om te wonen. Ik ben dan ook blij dat ik nu in Castricum terecht ben gekokmen. Ik ben niet iemand die kan aarden in de stad.”

Verbetering

Na ruim een jaar trainen kan Pol concluderen dat ze bij TDR aan het juiste adres is. Het is vooral de aandacht voor details die haar aanspreekt; Pol heeft het idee dat ze nog veel vooruitgang kan boeken op specifieke aspecten. “Er wordt hier aan alle punten gewerkt om je beter te maken. En dat zijn niet alleen conditionele aspecten. Ik was bijvoorbeeld nog nooit bij een diëtist geweest. Nu analyseren we mijn voedingspatroon. Dat is het verschil dat TDR zo’n professioneel team maakt.” Het kwam als een kleine verrassing voor Pol, die zich realiseerde dat er nog veel ruimte voor verbetering is. “Ik word een stuk professioneler. De grootste winst zit in het sterker maken van mijn lichaam. Ik doe nu krachttraining om mijn lichaam sterker te maken. Dat gaat goed: mijn blessures zijn verdwenen en het voelt krachtiger.”


Naast de aandacht die wordt geschonken aan de details, zijn er andere aspecten van het TDR-team die Pol een meerwaarde bieden. “In Twello trainde ik veel alleen. Dat is prima. Of ik nu in een groep loop of zelf een lange duurloop doe, ik geniet er evenveel van. Maar met een groep kun je zoveel verder komen. Je kunt altijd wel dingen met anderen combineren. Je leert van de mensen om je heen, je deelt je passie voor het lopen en het stimuleert je geweldig om je grenzen te verleggen. Het is de topsportsfeer.” Onder de hoede van TDR slaat ze een nieuwe weg in, op naar de internationale toernooien. “Er wordt hier met me meegedacht hoe ik het beste mijn leven kan inrichten. De combinatie van het trainen met gepassioneerde atleten gecombineerd met de begeleiding op de details geeft voor mij de doorslag. Bij TDR voelt het echt alsof je samen naar een doel toewerkt, samen doen we er alles aan om zo goed mogelijk te presteren.”

Marathon

Die doelen liggen voor Pol op de langere afstanden. De tien kilometer, de halve marathon. Maar stiekem kijkt ze nog wel het meest uit naar de marathon. “Hoe langer de afstand, hoe gaver ik het vind. De marathon heeft alles in zich. Je ziet bij je trainingsgenoten hoe mooi het is om naar zo’n wedstrijd toe te werken. En je doet ook wel eens een trainingen in aanloop naar de marathon met hen mee. Dan merk ik dat die trainingen me trekken. Ik heb zo’n gevoel dat het mijn ding is. Ik ben bovendien een trainingsbeest, hou van veel trainen. Ook niet onbelangrijk als je aan de klassieke afstand begint,” lacht ze. “Maar er is nog veel werk aan de winkel,” schakelt ze direct weer over op een meer serieuze toon. “moet vooral sterker en sneller worden. Via krachttraining werken we daaraan. En om sneller te worden heb ik vorig seizoen een groot aantal kortere baanwedstrijden gelopen. Ik weet nu dat er nog zoveel punten zijn waarop ik me kan verbeteren. Bij TDR zijn mijn ogen geopend.”