Schitterende zevende plaats Butter in Boston Marathon
17 April
Team Distance Runners
Posted by:
Het is amper een jaar geleden dat Michel Butter de overstap naar de marathon maakte. Op maandag 25 april debuteerde de TDR-atleet in de marathon van Utrecht, waar hij met een tijd van 2.17.35 de winst greep. Na een intensieve voorbereiding wist Butter in zijn tweede marathon een grote stap voorwaarts te maken. De langeafstandsloper verbaasde zichzelf en atletiekminnend Nederland door 2.12.59 op de klokken te zetten. Met die prestatie kwam de Olympische droom opeens in zicht. Butter besloot de kans aan te grijpen en maakte samen met coach Guido Hartensveld plannen voor zijn ‘Road to London'. Twee keuzes lonkten: een marathon met alles erop en eraan (regie, hazen, coaching, drankposten met assistentie) en een tijd onder de 2.10 óf een plaats bij de ‘geschoonde top-8' in een World Major Marathon (Berlijn, Boston, Chicago, London of New York). Butter en Hartensveld kozen unaniem voor de laatste optie. Via de hoogvlaktes van Kenia en Mexico liep de weg van Butter naar Boston.
Weer als spelbreker
Daar bleek het weer afgelopen maandag spelbreker te zijn. Reeds bij het ontbijt werd duidelijk dat de kansen op een snelle eindtijd verkeken waren. Een aspect dat in de grote stadsmarathons normaal gesproken nauwelijks ter zake doet; de klassering, dat is waar het om draait. Toch lagen de verhoudingen voor Butter anders. Als addertje onder het gras werd een prestatie onder de 2.12 geëist als nevenvoorwaarde voor Olympische kwalificatie. Plaatselijke weerberichten spraken over smeltend asfalt onder een brandende zon. Lokale temperaturen zouden van 20 graden Celsius tot boven de 30 oplopen gedurende de wedstrijd. Butter had echter slechts één doel voor ogen: zijn Olympische waardigheid tonen door de strijd met de concurrentie aan te gaan en een plek in de top-8 te bemachtigen.
Tactische race
Om tien uur plaatselijke tijd gingen de heren van start. Ze startten bedeesd. De Afrikaanse wereldtoppers leken voor een tactische race te gaan door af te wachten en hun ogen op Geoffrey Mutai te richten, de man die vorig jaar een fabuleuze 2.03.02 noteerde. Mutai op zijn beurt ging echter niet al te hard, zich sparend met de Spelen van Londen in het vizier. Vooraf leek Mutai als enige Keniaan zeker van de Spelen, zo oordeelden de kenners. Na overwinningen in zowel Boston als New York verleden jaar, leek een plaatsje in de Keniaanse equipe verzekerd. Door deze patstelling was de tijd ondergeschikt geworden. Vooraf was eigenlijk al duidelijk dat ‘Boston 2012' een strijd op plaats zou worden, waarbij de tijd er niet toe deed.
Butter brutaal aan de leiding
De eerste vijf kilometer werden afgelegd in een tempo 15.23. Een grote groep met alle favorieten was bijeen, vooruitgegaan door een Amerikaanse gelukszoeker. Butter nam soms brutaal de leiding in het ‘leading pack'. Het had er schijn van dat de atleet het tempo probeerde op te voeren, om op het schema van 2.12 te blijven. Toch was dit niet het geval. "We hebben vooraf duidelijk bepaald dat ik hier voor de klassering liep en niet voor de tijd. Die was ook simpelweg niet haalbaar onder deze omstandigheden. Ik hield me niet bezig met de eindtijd, maar wilde racen," aldus Butter. "Toch merkte ik dat het langzaam aanvoelde en dat enkele toppers het lastig hadden. Waarom dan niet wat werk doen en de wedstrijd mede bepalen?" De kopgroep van maar liefst 16 atleten passeert het 10km-punt na 31.03, nog altijd op weg naar een eindtijd in de 2.12. Tien kilometer later worden de onderlinge verhoudingen echter steeds duidelijker. De heuvels dienen zich aan en de hitte begint zijn tol te eisen. Atleten kraken, maar Butter houdt zicht sterk. Een doorkomst van 1.06.11 halverwege verraadt een negative split. Maar hoe realistisch is dat, met oplopende temperaturen en de bekende Heartbreak Hill in het verschiet?
Strijd op plaats
"Het is goed dat we van tevoren duidelijk hebben gemaakt dat dit een strijd op plaats was. Met die instelling heeft Michel zich prima kunnen wapenen in de tweede helft van de race," reageert Hartensveld. Met zijn opmerking doelt Hartensveld op de sterke opmars van zijn pupil in de laatste 21 kilometer. Halverwege bevindt Butter zich nog op plek 15. Wanneer de beste Kenianen er enkele kilometers later vandoor gaan, kiest de Castricummer ervoor zijn eigen weg te gaan. Met de Amerikaan Jason Hartmann aan zijn zijde, gaat hij verder op plaats 13. De posities lijken bepaald, maar de grote mokerslag moet nog komen; Hearbreak Hill zet alles op zijn kop. Butter's heuveltrainingen in Mexico blijken aan te slaan. Hoewel de kilometertijden omlaag gaan, passeert Butter de ene na de andere concurrent. "Een machtig gevoel," vertelt hij. "Ik kon voorbij Gebremariam (de winnaar van de marathon van New York in 2010 en in 2011 derde in Boston, red.) op Heartbreak Hill en zag Geoffrey Mutai (winnaar van Boston in 2011 in de officieus snelste tijd ter wereld: 2.03.02, red.) de strijd staken. Je weet dan dat je heel goed bezig bent en dat geeft veel kracht." Dat de wedstrijd inmiddels extreem zwaar is, blijkt wel uit de splittijden tussen 35 en 40km. De uiteindelijke winnaar Wesley Korir is met een tussentijd van 15.44 de snelste atleet van het veld. Met een split van 16.58 zet Butter de zevende tijd neer op dit gedeelte van het parcours. Veel atleten die goed zijn voor meerdere prestaties onder de 2.10 op de marathon, komen niet verder dan tussentijden in de 17 of 18 minuten.
Prachtige zevende plek
Butter heeft zich inmiddels al opgewerkt tot de nummer acht van het veld. In de laatste twee kilometer weet hij ook nog de Keniaan Mathew Kisorio te verschalken, goed voor 60.02 op de halve marathon. Eerder moesten David Barmasai (winnaar van de Dubai Marathon 2011 in een pr van 2.07.18) en Josphat Ndambiri (winnaar van de Fukuoka Marathon 2011 in een pr van 2.07.36) hun meerdere erkennen in de Noord-Hollander. Op de brede finishlaan in hartje Boston kan Butter binnenkomen op een prachtige zevende plaats. Hij weet zich prima staande te houden en klokt af in 2.16.38, op een vijfde plaats op de geschoonde lijst. Na de finish stort hij in elkaar. Het lichaam gaat naar de grond. In een rolstoel wordt Butter naar de medische ruimte gereden, waar het een waar slagveld is. De Boston Marathon is misschien niet alleen de oudste, maar ook de meest tekenende stadsmarathon ter wereld.
Kwalificatie-eisen
Met zijn vijfde plaats op de geschoonde lijst blijft Butter ruimschoots binnen de kwalificatie-eis, maar kans op plaatsing voor de Spelen lijkt zeer klein gezien het ontbreken van de aanvullende tijdseis van 2.12.00. "Wat had ik vandaag anders moeten doen?" reageert Butter. "Die 2.12 was bij voorbaat al niet reëel gezien de hitte. Dit is mijn beste prestatie ooit, gepiekt op het juiste moment. Ik ben heel blij en trots dat ik mijn doel behaald heb: een plaats binnen de top-8 op een Major Marathon. Over die 2.12 heb ik nooit nagedacht en die eis bleek ook zeker niet reeël. De winnaar weet die tijd zelfs niet te halen. Ik ben kapot, maar vooral trots. Ik wilde zo graag aantonen dat ik de strijd aankon en die top-8 behalen, anders had ik wel voor een marathon met een snelle eindtijd gekozen. Ik vind dat ik zeker voldaan heb aan een Olympisch waardige prestatie."
Butter toont met zijn prestatie aan dat hij met de besten van de wereld meekan, maar heeft daar op dit moment vrij weinig aan. De finishtijd van de winnaar, ruim 9 minuten langzamer dan de winnaar verleden jaar, geeft aan dat de omstandigheden buitengewoon pittig waren. Toch staat de aanvullende eis van 2.12.00 vast. "Atletiek is een sport van cijfers, maar we moeten er geen wiskunde van maken," reageert Hartensveld. "Je hebt veel in de hand, waarvan de klassering het belangrijkste is. Maar het weer, dat kun je niet bepalen!" Butter: "Ik wil nogmaals benadrukken dat ik nadrukkelijk voor een strijdmarathon gekozen heb en ben trots dat ik die top-8 heb kunnen behalen. Ook mannen die goed zijn voor 2.03 / 2.04 halen die eis van 2.12 niet. Dat geeft wel aan dat deze clausule totaal niet op z'n plaats is vandaag. Van de anderen in Rotterdam heb ik trouwens nauwelijks wat meegekregen," besluit hij.
Verlooy
Hartensveld heeft inmiddels contact gehad met technisch directeur Peter Verlooy van de Atletiekunie. "Ik heb een goed gevoel over dat gesprek," zegt de TDR-coach. "We zaten precies op één lijn. De limieten zijn vooraf duidelijk, punt. Dat je je twijfels kunt hebben bij die limieten is een andere discussie, die je vooraf dient te voeren. Achteraf klagen is feitelijk niet op zijn plaats, hoe terecht sommige argumenten ook mogen zijn. Iedereen wist waar ‘ie aan toe was. Het NOC*NSF heeft heel duidelijk aangegeven dat ze atleten met medaillekansen op de Spelen willen. Of dat reëel is in een sport met ruim 220 deelnemende landen en een grote Afrikaanse dominantie? Je krijgt wellicht hetzelfde effect als een kampioenschap bij het schaatsen waar alleen nog maar Nederlanders aan meedoen. Medaillekansen heb je pas bij een tijd van 2.05 à 2.06. Of het dan terecht zou zijn om geen Europeanen meer te sturen, dat is opnieuw een andere discussie. Maar laten we bij onszelf blijven," gaat Hartensveld verder. "De grote vraag is hoe Maurits Hendriks van het NOC*NSF de omstandigheden beoordeelt. Staat hij er niet voor open, dan is dat prima. Wel zullen niet achteraf gaan zeuren. Staat hij er wel voor open, dan zal er vanuit de Atletiekunie zeker een sterk verhaal worden gemaakt voor de mogelijke bespreekgevallen, wie dat dan ook mogen zijn."