Butter strijdvaardig in Rotterdam Marathon
14 April
Team Distance Runners
Posted by:
ROTTERDAM – Michel Butter toonde veerkracht in de 33e editie van de Rotterdam Marathon. De Castricummer startte voortvarend en was samen met landgenoot Raymaekers op weg naar een toptijd, maar kreeg rond kilometer 25 te kampen met een krampaanval. De TDR-atleet liet zich echter niet kennen, wilde koste wat kost de eindstreep halen en finishte uiteindelijk als 10e in 2.13.25. Een prestatie die hij beloond zag met een EK-ticket op de klassieke afstand.
Vastberaden
De afgelopen maanden had Butter zich gedisciplineerd voorbereid op ‘de grote dag’ in Rotterdam. Via stages in Kenia en uitgekiende marathontrainingen werkte hij met grote vastberadenheid richting zijn doel. Daarbij had hij een verbetering van de beste Nederlandse prestatie op de Coolsingel (2.10.04, Marti ten Kate, 1989) voor ogen. Hoewel een virus roet in het eten gooide drie weken van tevoren, stond Butter met vertrouwen aan de start. “We hadden de weersverwachtingen goed in de gaten gehouden, de week voorafgaand,” licht hij toe. “Waar de temperaturen begin deze week hoog leken uit te vallen, werd de verwachting richting het weekend naar beneden bijgesteld. Daarom besloot ik wat scherper weg te gaan.”
Strak tempo
Onder leiding van teamgenoot Tom Wiggers, die als haas fungeerde, vertrok ‘groep Butter’ op een eindtijd van 2.09.30. Wiggers deed goed werk en zorgde voor een strak tempo. Toen de Haarlemmer op 15km (45.50 min) de groep verliet, waar ook Koen Raymaekers en Canadees Reid Coolsaet deel van uitmaakten, ontstond wat onrust. “Het tempo viel zo nu en dan stil, waarop een paar keer hard werd versneld,” aldus Butter. De marathonloper koos ervoor om mee te gaan met de versnellingen. “Ik reageerde alert, al was het lastig om aan te voelen wat daar de impact van was.” Die werkwijze bracht hem een voortvarende doorkomst van 1.04.47 halverwege, maar was tevens de inleiding van een pittig vervolg.
Kramp
Na 25km kreeg Butter te maken met moeilijkheden. Opzettende kramp noodzaakte hem te stoppen. “Ik moest stretchen om de kramp eruit te krijgen en het tempo weer op te pakken. Maar hoe dan ook wilde ik finishen. Het was lastig maar die eindstreep moest ik halen. Ik heb de rust bewaard en het tempo proberen terug te vinden.” De vastberaden atleet knokt zich met moeite naar de finish: “Met de opkomende hitte begon het toch heel lastig te worden. Ik heb zo veel mogelijk sponzen aangepakt om voor verkoeling te zorgen. Het was echt zwaar, zo nu en dan had ik kippenvel en begon ik te zwalken, maar ik heb alles gedaan om zo snel mogelijk te finishen.” Uiteindelijk komt Butter als 10e over de finish, in een tijd van 2.13.25. Daarmee kwalificeert hij zich voor het Europees Kampioenschap in Zürich 2014 (limiet 2.14.00).
“Ik ben blij dat ik de draad weer wist op te pakken en binnen de limiet voor de EK bleef,” reageert Butter. “Dat is een goed teken. Toch had ik de race liever anders gezien. Ik had een wat gejaagd gevoel nadat Tom (Wiggers, red.) de wedstrijd verliet. Daarvan kan ik leren, zodat ik voortaan beter de rust bewaar in het verdere verloop van de wedstrijd.”
Schröer
Ook Ronald Schröer had zijn zinnen gezet op de individuele limiet voor het Europees Kampioenschap. Halverwege (1.07.05) lag de TDR-atleet nog redelijk op koers, maar in de slotfase kreeg Schröer een enorme dreun van de hitte. De limiet van 2.14.00 bleef daarmee buiten bereik: Schröer finishte in 2.19.29. Toch was het verre van een slechte wedstrijd voor de Noord-Hollander. De atleet had zich namelijk vooral ingesteld op de strijd met de andere Nederlanders en daarin bereikte hij een prima resultaat. Schröer was zowel Olfert Molenhuis, Patrick Stitzinger als Rens Dekkers – de andere Nederlanders in zijn groep – de baas. “Die flinke mate van verval had met de warmte te maken,” aldus Schröer. “In de slotfase was de wind tegen zelfs prettig, gezien de verkoeling.” Ook de andere Nederlanders ondervonden de impact; Olfert Molenhuis (pr 2.16.20) klokte af in 2.22.19, terwijl Stitzinger en Dekkers de finish niet bereikten.
Dekkers
Dekkers koos ervoor om snel te starten. Er was geen groep beschikbaar voor het tempo van de doorgewinterde marathonloper. Daarop besloot hij de gok te wagen en mee te starten met de groep van Schröer. Dat bracht hem geen succes. Dekkers kon de taaiheid niet opbrengen en verliet het strijdveld. “Ik zag geen kansen meer, het tempo was te fors,” aldus Dekkers.
Ook Christian de Lie was één van de velen die moeite had met de hitte. De 36-jarige kon lang mee met de snelste dames, maar moest in de slotfase terrein prijs geven. Een tijd onder de 2.25 zat er niet meer in, De Lie bereikte de finish na 2.28.59. Zijn persoonlijk record van drie jaar geleden (2.24.46) bleef daarmee buiten bereik.